Lars Croese
WSV De Doordrijvers , waar te beginnen..
Mijn eerste zeiltochtje was volledig onbedoeld, een per-ongelukje eigenlijk.
Ik was 7 jaar oud , op vakantie in Italië en ver aan de overkant van het Como-meer dobberde mijn vader richtingloos in een oude Europe , H55 , in een snikhete windstilte. Ik vatte het plan op hem op te halen met mijn nieuwe plastic opblaasbootje Maar dat meer is groot.
Na een dik uur stevig paddelen bereikte ik de Moth , waarin een zwaar chagrijnige en oververhitte schipper. Een sleepje ? Ja prima, maar de zwaarste sleept ; dus een wisseling van boot was nodig en ging volledig mis. Om kort te gaan, ik eindigde onbedoeld zeilend in een lichte bries achtervolgd door een als een dolle paddelende vader die mij raadgevingen op afstand toebrulde. Kansloos voor beide.
Een naar het water sprintende Duitser voorkwam na deze 1e grote oversteek een keiharde landing op het kiezelstrand.
Missie gelukt.
Mijn vader is blijven zeilen en samen hebben we in de jaren veel mooie tochten gemaakt in steeds betere schepen.
Maar voor mij is die eerste solovaart op dat meer in Italië waarvan mij de snelheid van het water aan de spiegel (en de ploeterende achtervolger) mij altijd is bijgebleven .
Het was de start van veel varen in allerlei boten. Na een verhuizing naar het Alkmaardermeer begon ook de competitie te kriebelen. Wedstrijdzeilen in een Vaurien nam zijn intrede , op bescheiden niveau. Uit school eerst surfen , dan als er tijd over was huiswerk, die volgorde etc.
Daarna kwam werk en een collega bij TPG Post (Martijn) die enthousiast over zijn club en de zeilerij vertelde. Ik onthield het.
Op het Nieuwe Meer blies ik bij WV Amsterdam het jeugdzeilen nieuw leven in en kocht ik een oude groene Laser voor 400 gulden ; lek als een mandje. Wat een worsteling was die boot. Na aansluiting bij de woensdagavondtraining bij De Koenen kwam ik op een zondag, met het frequent ondersteboven liggende groene appeltje, bij de Doordrijvers terecht voor een probeerwedstrijdje.
De boot was uitsluitend met 4 man van het dak te tillen zo zwaar; een werkelijke doordrijver dus van gewicht bij windstilte. Ik bakte er echt helemaal niks van maar trok de aandacht van Johan Stam die mij de onvergetelijke raadgeving gaf wat minder 'lief' voor mijn bootje te zijn en gewoon lekker hard te varen en plezier te hebben; maar wél de mastpot te repareren. Johan had definitief de richting bepaald.
Dat heb ik dus die winter zelf gedaan. De mast stond daarna 5 cm hoger in de pot.. dat was de bedoeling niet en dus tijd voor een beter exemplaar. De rest is geschiedenis; ik vaar geregeld rond in een Laser (de 4e inmiddels) en heb me na een korte uitstap van een paar jaar weer enorm welkom gevoeld bij De Doordrijvers. Een Amsterdamse club met dito hart, met een warm welkom voor watersporters uit letterlijk alle windstreken en in ieders tempo. Zo was het toen en blijft het zeker.